Prevent Copying Content

Tips voor starters

Een paar kernwoorden die je in beginnersreeks ontzettend veel zal horen.

  • verbinden met ademhaling (diep inademen en rustig en lang uitademen)
  • inwendig neerzitten (je midden loslaten)
  • de rugzak van je laten afglijden

Dit proberen we te vinden en te ervaren in elke oefening en beweging, zodat dat zacht kan uitgroeien tot de  3 hoofdthema's voor de eerste 5 maanden

  • diep ademen
  • flow volgen
  • wortelen in de voeten (hielen in het begin)

In de beginnersreeks leren we weer ontdekken wat loslaten is. Deze stap blijft evolueren en verdiepen door de jaren heen.

Waarom altijd maar loslaten? Hoe meer we loslaten in ons lichaam, hoe meer we het lichaam toelaten om natuurlijk te bewegen. Een geworpen bal kan niet meer gestuurd worden en heeft zijn reeds bepaald einddoel in zich.

Dat geeft ons de kans om te ervaren wat teveel is (of te weinig), en dus kunnen we stilletjes aan bijsturen en steeds correcter bijsturen.


Wat horen we daarvoor te doen? 

Alles begint met het eenvoudige woord : WAARNEMEN

We trainen onszelf om terug meer en dieper in het lichaam te luisteren. Dit doen we door onze interne zintuigen opnieuw te leren aanspreken.  De interne zintuigen (positie, druk, kracht, pijn en warmte) worden voor niet-kenners onterecht ondergebracht bij het zintuig 'voelen'.  De interne zintuigen zijn niet meer dan al de input dat ons lichaam nodig heeft om het te laten functioneren en voort te bewegen in de wereld.

Vanuit de taiji training beginnen we bij het zoeken om zo min mogelijk de dingen zelf te doen, ook al is dat heel onbewust onze eerste reactie. We hebben graag controle en we willen doen wat we gewoon zijn.
We zoeken naar een zachte intentie waarin het lichaam vrij kan zijn door voornamelijk in de fase van loslaten (uitademen), het lichaam met de zwaartekracht te laten meegaan. Meegaan op zo'n manier dat je in een houding terecht komt die heel comfortabel aanvoelt.

Hoe trainen we dat?

Start van de les:

  • rustig staan

  • ademhaling observeren (hoe adem ik nu)

  • ademhaling wat dieper maken

  • ervaren hoe de adem een voelbare natuurlijke beweging veroorzaakt in de romp

  • flow van de adembeweging versterken door licht op te duwen en in te ademen van voet tot in de kruin

  • en telkens we weer naar de grond keren, steeds een intentie zoeken om net iets meer los te laten en het lichaam vrij te laten dat beschreven kan worden als

  • Zinken in de grond zonder in te storten
  • Aangezogen worden door de grond
  • Intentie onder de voeten de grond in laten sijpelen


Ademhalingsoefeningen:

  • met dezelfde rustige diepe ademhaling start je de ademhalingsoefen

  • in iedere herhaling speur of de armen meer en meer moeiteloos door de adembeweging geduwd (inademen) en getrokken (uitademen) worden
  • tijdens de uitademing,  let ook op je gronding

7 ademhalingsoefeningen:

  1. Horizontaal openen en sluiten van de armen
  2. Vooroverbuigen en afrollen
  3. zijwaarts buigen
  4. kalmeren de storm
  5. diamant ademen (energie van cosmos naar de aarde halen)
  6. fontein (energie van de aarde optrekken en rondom ons verspreiden)
  7. onoverwinnekijke


Vorm:

  • elke beweging heeft een fase van actie (wegduwen van de grond, vloed)  en een fase van  ontspanning (loslaten, eb)

  • let op het stappen zetten

  • zorg dat je rustig kan stappen

  • stap breed genoeg uit (een kat kan tussen de benen wandelen)

Een beschrijving van de vorm en enkele videootjes vind je hier.

Partneroefeningen:

  • Duwer = voelen om iemand in beweging te zetten geen harde duw (denk dat je een papieren bootje over het water duwt). De duw is dus een voelende duw.

  • Geduwde = beweging van partner volgen / meenemen en neerzitten in het andere been. Speur naar loslaten waarin je de partner kan dragen.